“Deze meerderheid stemt onze arbeidsmarkt af op de noden van de 21ste eeuw, zonder aan de gemiddelde 38-urenweek te raken”, verklaart Zuhal Demir. Zo geeft de wet Werkbaar en Wendbaar Werk een wettelijk kader aan glijdende uren en aan thuiswerk of telewerk, ook tijdens stakingen. De wet vereenvoudigt bovendien de regels rond deeltijds werken. “We garanderen met deze hervormingen een toename in flexibiliteit voor werkgever én werknemer, zonder de administratieve rompslomp die daarbij in het verleden kwam kijken”, aldus een tevreden Demir.
Loonkost: nieuwe ontsporing vermijden
Twintig jaar na datum wordt de loonnormwet van 1996 grondig hervormd. Dankzij de taxshift en de indexsprong heeft de regering de loonkostenhandicap die werd opgebouwd sinds 1996 op amper twee jaar tijd (2015-2016) volledig weggewerkt. “Met deze hervorming vermijden we een nieuwe ontsporing van de loonkost”, zegt Demir. “We bouwen een veiligheidsmarge in van minstens 0,5 procent per interprofessioneel akkoord. En de doorgevoerde lastenverlagingen in de taxshift worden ingezet om de historische loonkostenhandicap af te bouwen. Zo verhogen we de concurrentiekracht en jobcreatie in onze bedrijven, groot en klein.”
Sociaal akkoord: factuur niet doorschuiven
Jan Spooren is dan weer erg blij met de hervorming van de financiering van de sociale zekerheid. Zo wordt er bij sociale akkoorden met een budgettaire impact eerst aan de sociale partners gevraagd of er alternatieve besparingen mogelijk zijn. “Er komt een einde aan de traditie van sociale akkoorden waarvan de kostprijs via een soort van derdebetalersregeling naar de belastingbetaler werd doorgeschoven. Voortaan worden de sociale partners geresponsabiliseerd om het budgettaire tekort in de sociale zekerheid terug te dringen. En tegelijk versterken we zo de democratische controle op de alternatieve financiering van de sociale zekerheid via de fiscale ontvangsten”, besluit hij.