Minister Demir reageert verbaasd op de uitspraken van Bruno Vanobbergen, die sprak over stille besparingen. “De rekening van Vanobbergen klopt niet”, zegt ze. Vlaanderen wordt de komende jaren met heel wat uitdagingen geconfronteerd. Daarom zal het onderwijsveld een beperkte inspanning moeten leveren. “Ik kan begrijpen dat sommigen daarover bezorgd zijn in de onderwijssector”, erkent de minister.
Investeringen
In ruil investeert Demir wel een stevig bedrag in de zaken waar het onderwijsveld echt nood aan heeft. Zo wordt er 425 miljoen euro geïnvesteerd in het Nederlands en 370 miljoen euro voor extra schoolcapaciteit. Daarnaast krijgt ook het lerarentekort nog aandacht. “We investeren gericht, niet zomaar in het wilde weg”, geeft Demir mee.
Indexering
Om de rekeningen tegen 2027 in orde te brengen, besliste de nieuwe Vlaamse Regering om een stuk op het overheidsapparaat te besparen. Voor alle Vlaamse beleidsdomeinen werd beslist om de werkingsmiddelen niet te indexeren. Als de binnenlandse inflatie bijvoorbeeld met 2 procent stijgt, zal het huidige werkingsbudget dus niet zomaar met 2 procent aandikken.
Stijgend onderwijsbudget
Die ingreep wordt eigenlijk binnen het departement Onderwijs al enkele jaren toegepast, alleen loopt het nu niet zo’n vaart. De niet-indexering zal namelijk enkel van toepassing zijn in 2026 en 2027. In 2025, 2028 en 2029 stijgt het onderwijsbudget telkens voor de helft mee met de indexstijging.
Een belangrijke kanttekening daarbij is dat de werkingsmiddelen ongeveer 40 procent van het schoolbudget uitmaken. 60 procent daarvan gaat naar de lonen van de leerkrachten, en die worden wél elk jaar volledig geïndexeerd. De niet-indexering geldt trouwens ook niet voor het basisonderwijs en buitengewoon onderwijs.