het opnieuw.
Een dertienjarig zwakbegaafd meisje wordt verkracht door een groep. De vier daders worden veroordeeld tot een celstraf van vier jaar. Voorwaardelijk wel te verstaan. Dit betekent: geen celstraf. Ondanks de bewezen verkrachting. Ondanks het feit dat het om een groepsverkrachting ging. Ondanks haar jonge leeftijd. Ondanks haar verstandelijke beperking.
Drie jaar lang, tussen haar achtste en elfde verjaardag, werd een meisje verkracht door de nieuwe 37-jarige partner van haar moeder. De dader krijgt een voorwaardelijke celstraf van vier jaar, mits hij therapie volgt. Dit betekent: geen celstraf. Ondanks het meermalige misbruik. Ondanks zijn gezags- en vertrouwensfunctie over het meisje. Ondanks haar wel zeer jonge leeftijd.
Een hervallen kinderverkrachter krijgt 40 maanden celstraf, waarvan de helft met uitstel. Nog geen twee jaar effectieve celstraf dus voor de verkrachting van de dertienjarige dochter van zijn vriendin. Voordien verkrachtte hij hetzelfde meisje toen ze pas negen was.
Levenslang trauma
Slachtoffers van seksueel geweld worden veel zwaarder gestraft dan de daders. De lage straffen die worden uitgesproken voor verkrachting en andere seksuele misdrijven zijn misselijkmakend. Een aantal weken geleden nog geraakte bekend dat een moeder uit Roeselare en haar partner veroordeeld werden tot een gevangenisstraf van amper vijf jaar voor het seksueel misbruik van het tienjarig dochtertje van de vrouw. Een peulschil in vergelijking met het levenslange trauma voor het meisje.
Om nog maar te zwijgen van de effectieve uitvoering van die toch al lage straffen. Zo kreeg een Gentse toneelleraar enkele weken daarvoor zijn straf met uitstel, ondanks jarenlang misbruik van minderjarigen. De leraar zal dus geen dag in de gevangenis doorbrengen.
Blijkbaar moet je in dit land vaak al vrede nemen met het feit dát er überhaupt een straf wordt uitgesproken. Waarom spreken rechters zo’n lage straffen uit in verkrachtingsdossiers? Peanuts, vergeleken met het levenslange trauma van de vrouwen. Ik worstel daar al lang mee. En ik weiger me daarbij neer te leggen.
Ik weet dat ik niet geacht word kritiek te geven op de rechterlijke macht en laat staan dat ik de term “wereldvreemde rechters” mag gebruiken. Maar in deze doe ik het toch, want begrijp ik het niet. Laat staan dat je dit als vader, moeder, zus, broer, tante, oom, ... zou begrijpen. Welk signaal geven we?
Negen geregistreerde verkrachtingen per dag
3.400 in 2017. Negen per dag. Zoveel verkrachtingen werden geregistreerd. Naar het totaal aantal slachtoffers kunnen we enkel raden. Velen zoeken geen hulp, dienen geen klacht in. Zij zoeken helemaal alleen de weg doorheen hun pijn en angsten.
Waarom kiezen ze daarvoor? Wel, het is geen keuze. Integendeel. Schuld- en schaamtegevoelens, angst, psychisch overwicht van de dader, zelfbescherming: het zijn allemaal gevolgen van de daad waardoor slachtoffers er vaak niet in slagen om de moed bij elkaar te sprokkelen. De moed om te vertellen wat er gebeurd is.
De Zorgcentra na Seksueel Geweld die ik als staatssecretaris opstartte, verlagen alvast de drempel in de proefsteden Gent, Luik en Brussel: slachtoffers krijgen er medische en psychologische hulp, maar er wordt ook bewijsmateriaal verzameld. En als het slachtoffer niet meteen klacht wenst in te dienen, kan dat bewijsmateriaal bewaard worden. Zo kan het slachtoffer ook later nog klacht indienen. Onze Zorgcentra vingen ongeveer dubbel zoveel slachtoffers op dan voorzien. We bereikten duidelijk mensen die anders niet bereikt worden, mensen die tot nu toe onzichtbaar bleven in de statistieken. Vandaar dat ik politieke steun zocht voor minstens één Zorgcentrum na Seksueel Geweld in elke provincie.
Goed wetende dat zorg voor slachtoffers maar één onderdeel is van het beleid tegen seksueel geweld.
Zwaardere en effectieve straffen
Zwaardere straffen, een duidelijke definitie van toestemming, de mogelijkheid om de toestemming in te trekken tot op het laatste moment, de erkenning van het penetrerend slachtoffer, … Vele aanbevelingen die ik deed aan collega-minister Koen Geens werden opgenomen in het nieuw voorstel van Strafwetboek. Het was een eerste stap in de hervorming van het seksueel strafrecht die ik voor ogen heb. Met grote verbazing las ik gisteren dat deze hervorming er niet door zou komen. Awel, mijnheer Geens, als er over één ding een consensus is in onze samenleving dan is dat over de verzwaring van de straffen. Laten we dit a.u.b. niet langer uitstellen en gewoon goedkeuren.
Want ik wil nog verder gaan dan wat vandaag op tafel ligt. De straffen moeten verder omhoog, de strafuitvoering moet nog effectiever én de verjaringstermijnen moeten verlengd. Want de huidige verjaringstermijnen houden veel te weinig rekening met de realiteit.
Erkenning voor slachtoffers
Bewijs verzamelen wordt inderdaad moeilijker naarmate de feiten langer geleden plaatsvonden, zeggen de tegenstanders: maar het is simpelweg belangrijk voor slachtoffers om voldoende tijd te krijgen. Op die manier erkent de maatschappij ook dat seksueel geweld op langere termijn gevolgen heeft voor slachtoffers. Die erkenning krijgen slachtoffers niet als ze de lage uitgesproken straffen zien. Niet wanneer ze over de gebrekkige strafuitvoering lezen in de krant. En nog minder wanneer ze vernemen dat seksuele misdrijven verjaard zijn. Dat is geen erkenning. Het is vooral druk om verder te zwijgen. En geen enkel slachtoffer mogen we die druk laten ervaren.
Alle slachtoffers moeten de boodschap krijgen: het is niet jouw schuld, je hoeft je niet te schamen, het is geen schande om hulp te zoeken, ook niet jaren later, je staat er niet alleen voor.