Meer bos voor Vlaanderen: 4.000 hectare tegen eind 2024. Dat is de essentie van het bosuitbreidingsplan dat Vlaams minister van Natuur Zuhal Demir halverwege 2020 voorstelde samen met een grote groep natuurverenigingen, bosgroepen, regionale landschappen, private eigenaars, Landelijk Vlaanderen en jeugdbewegingen. “Met een ongezien grote Bosalliantie achter dezelfde doelstelling, een ongezien grote mobilisatie van 140 miljoen euro, een transparante bosteller én bovenal samenwerking willen we samen 20 keer Monaco bebossen in Vlaanderen”, zei Demir bij de voorstelling van het plan in het Hallerbos. Negen maanden later maakt ze naar aanleiding van Wereldbosdag een eerste stand van zaken op.
Al 215 hectare extra bos ondanks COVID
Het eerste plantseizoen was voor Demir nochtans eentje in mineur. Door COVID-19 mochten massale publieksevenementen met boomplantingen niet en werd overgeschakeld op eerder kleinschalig of via professionele bedrijven en eigen organisaties. Ook schakelde Demir werkgestraften in om mee te bebossen. Daarnaast moest de publiekscampagne ‘Plant je eigen bos’ noodgedwongen even stopgezet worden. Door corona zijn tal van publieke plantacties uitgesteld naar volgend plantseizoen. Toch spreekt de bosteller intussen van 215 hectare extra bos. Wanneer na het volledige plantseizoen alle extra percelen op de bosteller geplaatst zijn, zal dat landen op naar schatting 320 hectare. Sinds het aantreden van deze Vlaamse regering gingen dus ongeveer even veel bomen de grond in dan in de vorige bestuursperiode (307 hectare).
Grote uitdaging is vinden van geschikte gronden
“Dat is alvast een belangrijke, maar noodzakelijke trendbreuk. Waar in de periode tussen 2014 en 2018 jaarlijks ongeveer 60 hectare extra bos bijkwam, heeft Vlaanderen nu het bebossingstempo minstens vervijfvoudigd. Negen maanden na de lancering is dat goed nieuws”, klinkt het bij minister Demir. “Want we zijn nog lang niet op kruissnelheid. Je kan geen extra bos planten zonder voldoende gronden. Het vinden van geschikte percelen voor extra bos is een grote uitdaging en daar steekt de voltallige Bosalliantie haar tijd en energie in. Door intensief hier verder aan te werken kunnen de oppervlaktes voor extra bos de komende plantseizoenen telkens fors zullen oplopen om tegen 2023 op kruissnelheid te komen.”
Creatief op zoek naar bebosbare gronden
Vlaanderen toont zich van zijn creatiefste kant als het gaat om bebosbare gronden. Zo werd bijna 500 hectare bebosbare gronden gevonden op voormalige stortplaatsen van lokale besturen en wordt het potentieel van de private stortplaatsen momenteel ook onderzocht. Ook de natuurorganisaties herleggen hun focus van compensatiebossen voor kappingen uit het verleden naar échte nieuwe bossen. Voor volgend plantseizoen is intussen ruim 250 hectare gronden aangekocht door de Vlaamse overheid zelf, de terreinbeherende verenigingen, lokale besturen en private eigenaars met het oog op bebossing.
Bossen maken gelukkiger
Minister Demir wijst er nog op dat de extra bossen op de bosteller effectief gaan om nieuwe bossen, geen compensatiebossen. Die worden op een aparte teller bijgehouden en in tegenstelling tot vroeger wordt voortaan elke hectare compensatiebos ook effectief gecompenseerd. “Bossen verbinden mensen en zijn goed voor de gezondheid. Ze nodigen uit tot bewegen, verlagen stress en maken mensen gelukkiger. Jong en oud vertoeft er graag. Zeker tijdens de coronacrisis merken we allemaal hoe deugd het kan doen om te kunnen ontsnappen in de natuur. Daarom blijven we met de ganse Bosalliantie de inspanningen verhogen om Vlaanderen groener te maken”, besluit Zuhal Demir