Om de resterende open ruimte te behouden werkt Vlaanderen aan een nieuwe manier om met ruimte om te gaan, waarin de open ruimte beschermd en uitgebreid wordt. Sinds 2019-2020 heeft Vlaanderen open ruimte gevrijwaard en bijgemaakt ten nadele van harde bestemmingen zoals woon- of industriegebied. Ook initiatieven van steden en gemeenten zorgen ervoor dat harde bestemmingen naar open ruimte worden omgezet. Die ruimte wordt voorbehouden voor natuur, bos, water of landbouw.
Ruimtelijke herbestemming
“Vlaanderen is een kleine regio met veel bebouwing. Maar Vlaanderen heeft ook prachtige natuur, mooie vergezichten en open landschappen die we maximaal moeten vrijwaren en waar mogelijk uitbreiden. Op die manier zorgen we voor meer ruimte voor water en groen. De cijfers bewijzen dat we moedige keuzes durven maken om onze open ruimte te behouden. Een ruimtelijke herbestemming zorgt ervoor dat verhardingen in die gebieden onvergunbaar worden. Een belangrijke evolutie en de weg die we samen met alle bestuursniveaus op moeten gaan”, zegt Vlaams minister Zuhal Demir.
Steden en gemeenten volgen het Vlaamse voorbeeld
86,7 procent van de netto toename aan open ruimte is een gevolg van Vlaamse initiatieven. We verwachten dat de komende jaren steeds meer steden en gemeenten het Vlaamse voorbeeld gaan volgen. De Vlaamse Regering besliste immers dat lokale besturen geen subsidies meer krijgen voor gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen wanneer die leiden tot extra inname van de open ruimte.
Planologische neutraliteit
Volgend parlementair jaar komt Demir ook nog met een decreet dat planologische neutraliteit voorziet. Dat wil zeggen dat lokale besturen enkel nog open ruimte kunnen omzetten naar wonen of industrie als ze minstens evenveel harde bestemmingen schrappen. Zo wordt netto inname van open ruimte decretaal ingeperkt.